De Thuisreis is een verhaal geschreven door Sergej Visser.
Een klein fragment uit het begin van het verhaal:
‘Moeder staat in de keuken, het hoofd gebogen, haar handen in het dampende afwaswater. Zonder op te kijken, zegt ze: “Je broer is vertrokken, vanmorgen vroeg, voor zonsopkomst. De wind staat gunstig. Hij is op weg naar de grote stad. Dit huis is te klein voor hem, zegt hij. Hier staat alles stil. Alles is anders aan de overkant. De stad is helemaal van steen en spiegelglas. De huizen zijn er zo hoog als de wolken. De hemel is er bijna niet te zien. De straten zien zwart van mensen die sneller lopen en harder praten dan hier. Je kunt er veel geld verdienen, zegt je broer. Je kunt er alles kopen wat je wil.” Ze knippert met haar ogen in het ochtendlicht. “Hij komt terug. Over een jaar misschien, of later. Maar hij komt terug. Dat heeft hij beloofd.”